Overig-Trainingen

Kanjertraining

De Kanjertraining is één van de vele sociale vaardigheidstrainingen (sova-trainingen) die binnen het onderwijs en zelfs binnen de kerken wordt gebruikt. Ondanks dat deze methode veel wordt gebruikt en velen er enthousiast over zijn, blijkt de training niet zo onschuldig. Drs. Hoekstra heeft in een boek met de titel ‘Soep van keistenen – De Kanjertraining op de korrel!’  de Kanjertraining onder de loep genomen. Door de vereniging  Bijbel & Onderwijs die het boek uitgeeft, is er een duidelijke waarschuwing wat betreft deze training gegeven. Hieronder het voorwoord, de inleiding en de tekst van de achterkant van het boek.

Voorwoord door drs. B. van der Meer, directeur Europees Expertisecentrum voor Veiligheid

In het bovengenoemde boek wordt de Kanjertraining door drs. Hoekstra onder de loep genomen, onder andere op haar oorsprong, wetenschappelijke waarde, effectiviteit, didactische kwaliteit, maar bovenal en in het bijzonder, ook op haar toepasbaarheid binnen een christelijke setting.

De auteur heeft dit zeer consciëntieus gedaan. Zijn oordeel is vernietigend. Van de methode blijft nagenoeg niets heel. En dan te bedenken, zoals reeds is gezegd, dat het ministerie van OCW deze methode zó goed beoordeelde dat het voor de invoering ervan geld fourneerde en dat een door het Nederlands Jeugd Instituut (NJI) samengestelde commissie van wijzen de methode goedkeurde.
Als men dit leest en men hoort de staatssecretaris – en in zijn kielzog de Kinderombudsman – zeggen dat hij aan het Nederlands Jeugd Instituut de opdracht heeft gegeven om criteria voor een goede antipestmethode vast te stellen, dan heeft de auteur van dit boek niet alleen prachtig werk geleverd, maar er ook voor gezorgd dat protestants-christelijke scholen, op grond van artikel 23, in ieder geval de Kanjermethode, niet alleen mogen, maar ook moeten, weigeren.

 

Inleiding  door drs. J.G.Hoekstra

Hoewel op politiek terrein, helaas te vaak niet meer als middel voor campagne, aandacht is en wordt gevraagd voor normen en waarden, zijn het vooral de toenemende individualisering en de afnemende onderlinge betrokkenheid alsook de sterke groei van de allochtone bevolkingsgroep en een daarmee samenhangende problematiek geweest, die tot in de politiek om handelen en ingrijpen hebben gevraagd. Een en ander werd versterkt door de zojuist genoemde tragische voorvallen van wan- en pestgedrag. Dit leidde er toe dat sinds 1 februari 2006 in ons land alle scholen voor primair en voortgezet onderwijs verplicht zijn invulling te geven aan de Wet Actief Burgerschap en Sociale Integratie. Sinds 1 oktober 2006 houdt de inspectie toezicht op de naleving van deze wettelijke opdracht. In het licht van deze ontwikkelingen maken veel scholen inmiddels gebruik van een of andere sociale vaardigheidstraining die dient te voldoen aan de door de overheid in het kader van de genoemde wet gestelde eisen en waarbij tegelijk verondersteld dan wel gehoopt wordt, dat zij handvatten bieden in de aanpak van met name het veelvoorkomende probleem van pesten op school naast de beoogde sociale vaardigheid.

Een van deze sova-trainingen is de zogeheten Kanjertraining. Het is deze training die in dit boek onder de loep wordt genomen qua oorsprong, wetenschappelijke waarde, effectiviteit, pedagogische en didactische kwaliteit ervan, maar bovenal en in het bijzonder ook op haar toepasbaarheid binnen een christelijke setting. Tegelijk wordt kritisch gekeken naar de vraag of de training de door de overheid gestelde kerndoelen raakt en wordt tevens de motivatie van aanbeveling door het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) en het ministerie van Onderwijs cultuur en wetenschappen (OCW) gewogen.

 

Tekst achterkant cover Soep van Keistenen

Onder deze titel wordt de, inmiddels tot op kerkelijk erf doorgedrongen, Kanjertraining als één van de zoveelste sova-trainingen zorgvuldig kritisch tegen het licht gehouden. Is deze training de aanbeveling van het ministerie van OCW waard en is de goedkeuring door het NJI wel zuiver en terecht? Voldoet de training aan de Wet Actief Burgerschap en Sociale Integratie en de daarbij uitdrukkelijk aangegeven kerndoelen?

Als de laatste vraag negatief beantwoord moet worden, voldoet de school die de keuze voor deze training heeft gemaakt dan nog wel aan de door en bij de genoemde wet gestelde eisen en kerndoelen? Is de controle hier van de zijde van de Onderwijsinspectie wel deugdelijk? Heeft de training een wetenschappelijk draagvlak of gaat het daarbij om stutwerk achteraf? Is de training serieus een proefschrift waard? Zijn de onder de noemer ‘wetenschappelijk’ aangevoerde achtergronden consistent en als zodanig in de door het Instituut van Kanjertrainingen zelf als wetenschappelijk betitelde publicaties terug te vinden? Zijn de bedoelde achtergronden vervolgens voor de christen acceptabel? Hoe te staan tegenover de kerkelijke gemeenschap die de training in haar kinderwerk implementeert? Is de training pedagogisch- didactisch verdedigbaar? Tal van vragen die de auteur geordend en afgewogen aan de orde stelt en de lezer onherroepelijk voor de vraag stelt: Hoe serieus is een training waarvan de ontwikkelaar zegt: ”En zo had ik per ongeluk, in no time, een scherpe training in elkaar gedraaid’.
Kortom, wordt er in de training een bord soep voorgeschoteld gemaakt van keistenen?

Tot slot

Voor een goede aanpak van pesten is geen methode, maar zijn een duidelijke – al dan niet evangelische – opdracht, gezond verstand, een goed beleidsplan en concrete producten nodig. Als bij de aanpak ervan dan ook nog alle geledingen hetzelfde doel, de veiligheid van elke leerling, delen, kunnen we een veel belangrijker probleem gaan aanpakken, namelijk het verschijnsel dat in iedere groep van dertig leerlingen, gemiddeld genomen, vier tot vijf leerlingen verworpen worden. Deze leerlingen zijn significant eenzaam, significant depressief en hebben een significant lager zelfbeeld dan de andere leerlingen. Als we dat beseffen, worden veel antipestmethoden tamelijk zinloos. Aan de auteur van dit boek het compliment niet alleen de zinloosheid, maar ook de gevaren van de Kanjertraining aangetoond te hebben.

De gele pet in de historie

Wat verder opvallend is binnen de Kanjertraining is het gebruik van de kleuren van de petten.  De witte pet staat voor de juiste keuze, de zwarte voor de aanstichter. Rood is de meeloper en geel is de pet voor het gepeste kind. Ook wel de bange haas genoemd. Daarnaast komt in de training naar voren dat het gepeste kind veel aan zichzelf te wijten heeft. Zo zou zijn gedrag het pesten uitlokken of gebruikt worden om zielig te zijn. Dus ondanks dat dit kind het slachtoffer is, wordt hem of haar voor een groot deel de schuld in de schoenen geschoven.

De gele pet staat voor het kind dat gepest wordt. In verband hiermee is het toch wel opvallend dat een dergelijke pet een geschiedenis heeft. In de middeleeuwen werden Joden gedwongen een pet of hoed met een geel insigne te dragen. Later is dat de Jodenster geworden die met name de nazi’s hebben gebruikt. Men kan opmerken dat dit ver gezocht is. Bedenk echter wel dat de Kanjertraining geen Bijbels fundament heeft. De  bedenker van deze training heeft gezegd dat hij deze met hulp van “boven” heeft gekregen. “Boven” is  binnen de New Age de hogere macht oftewel de god van de New Age. Dit is absoluut niet de God van de Bijbel. De Kanjertraining heeft een on-Bijbelse ondergrond.

 

Afronding

Als je let op uitgangspunten, komt het verschil met de Bijbelse zienswijze beter uit.

De Kanjertraining:

Het Konijn heeft opvattingen als: we moeten allemaal lief doen en vredig met elkaar omgaan. Om die reden stelt het zich in stressvolle situaties als pleaser op. Het is steeds op zoek naar harmonie.

De Bijbel:

Leef, zo mogelijk, voor zover het van u afhangt, in vrede met alle mensen. (Rom 12:18)

De training gaat uit van het psychologische en humanistische model. Deze modellen stellen, dat de mens in wezen goed is. Externe factoren zijn dan vaak de oorzaak van het gedrag dat ten toon wordt gespreid. Door enkel deze modellen te volgen gaat men voorbij aan de waarheid die de Bijbel leert over de mens: Er is niemand die goed doet. Dat zie je niet terug bij deze training. De Kanjertraining wordt niet alleen gebruikt op christelijke scholen, maar ook in kerken en gemeenten. Juist christenen moeten van een andere basis weten.

In deze video ziet u hoe een Japanse leraar omgaat met het probleem pesten. (1)

 

Bijbel & Onderwijs

Dit artikel is mede tot stand gekomen door de vereniging Bijbel & Onderwijs om de gevaren van deze sociale vaardigheidstraining te onderstrepen. Mocht u meer willen weten over de Kanjertraining dan kunt u het boek van drs. Hoekstra bestellen via de site van Bijbel & Onderwijs: http://bijbelenonderwijs.nl/webshop/

Meer informatie over de kanjertraining en antipestmethodes is te vinden via onderstaande linken.

http://bijbelenonderwijs.nl/bijbel-en-onderwijs/soep-van-keistenen-een-recensie-uit-het-magazine-van-de-reformatorische-school/

http://bijbelenonderwijs.nl/bijbel-en-onderwijs/antipestwet-pakt-verkeerd-uit/

 

Geraadpleegde bronnen:

1) http://www.alsjewordtbuitengesloten.nl/?pagina=Anti-pestmethoden

http://bijbelenonderwijs.nl/

http://nl.wikipedia.org/wiki/Jodenhoed

http://hetbosschehart.nl/sites/default/files/kanjertraining_0.pdf

http://www.bijbels-perspectief.nl/page11.html